Home What do we offer ? Contact Video

TRAININGS

7/09/2013 - Net als in een vliegtuig

Een weekje totale immersie in de apotheek van vandaag en morgen, tijdens het Wereldcongres van de FIP (Fédération Internationale Pharmaceutique) bracht weer nieuwe ideeën op de plank.

Parallellen met de vliegtuigindustrie waren niet uit de lucht. Wat doet men daar zoveel beter en kunnen we er iets van leren?

De Complexe Patiënt
Het Wereldcongres van de FIP, de internationale farmaceutische federatie, toont elk jaar een mooi beeld van waarheen de farmacie wereldwijd aan het evolueren is. Afgelopen week kwamen ruim 3.000 deelnemers van alle continenten bij elkaar in Dublin. De diverse secties van de federatie brachten een gevarieerd inhoudelijk aanbod, verpakt in presentaties, paneldiscussies, werksessies en posters.

De academici verzandden al wel eens in soms kurkdroge – zij het hoogstaande – discussies over waarheen het met de opleiding nu verder moet. De secties van de publieke officina en van de informatie voor patiënten compenseerden dit ruimschoots met frisse en smaakvolle topics die een nieuw soort farmacie in beeld brengen.

‘Zorg voor de complexe patiënt” was de rode draad doorheen dit 73ste Wereldcongres. Een concrete patiënten case, tijdens de plenaire openingssessie gebracht door een Australische ziekenhuisapotheker, toonde alvast hoe ingewikkeld behandelingen vandaag zijn, wanneer levens op het spel staan, en hoe waardevol de input van een klinisch apotheker in een ziekenhuis dan wordt bij het kiezen en beheren van de geschikte medicatie. Polypathologie en -medicatie bij de vergrijzende bevolking brengt diezelfde complexiteit nu ook steeds sneller naar de publieke apotheek.

Vliegtuigindustrie
Dat dit een groeiende verantwoordelijkheid met zich meebrengt is evident. Meermaals werd de huidige, vaak vrijblijvende aanpak in de apotheek vergeleken met de werkmethodes in de luchtvaart. Daar wordt veiligheid gewaarborgd door strakke protocollen en taakafspraken, oefenen met vluchtsimulators en eindeloos testen van elk onderdeel en elke procedure.

Waarom bestaan er in de farmasector nog geen ‘vluchtsimulators’ waarmee je kan oefenen op virtuele patiënten ? Waarom baseren we ons nog op verworven kennis, navorming en naslagwerken, in plaats van te beschikken over gevalideerde expertsystemen die 100% betrouwbaar wetenschappelijk advies geven, op maat van elke (complexe) patiënt ? Waarom brengen we de prestaties en de gezondheid die we produceren niet meetbaar en objectief in beeld, zodat we van elkaar kunnen leren uit gemaakte fouten of goedbedoelde maar verkeerde werkwijzen ?

Boeken of app’s
Tijdens een lunchdebat namen topexperts het tegen elkaar op rond de vraag: “Voor of tegen digitale ondersteuning bij het maken van klinische keuzes rond geneesmiddelen ?” Tegenstanders wezen onder meer op de noodzaak van een rechtstreekse dialoog met de patiënt, de onbetrouwbaarheid van het internet als informatiebron en de wetenschappelijke en praktische beperkingen van veel gebruikte computersystemen. Voor optimale zorg heb je volgens hen alleen een goede, permanente opleiding en de juiste naslagwerken nodig.

Voorstanders van meer digitale ondersteuning brachten ruim voorradig cijfermateriaal en verhalen aan over vergissingen, ondoelmatig gebruik en gebrek aan evidentie, als gevolg van de therapeutische vrijheid en vrijblijvendheid waarmee vandaag gewerkt wordt. App’s zullen niet alleen patiënten mondiger maken bij de dialoog met hun zorgverstrekkers; ze zullen deze laatste ook toegang geven tot de snel groeiende berg wetenschappelijke informatie, die je al lezend nooit meer kan bijhouden.

Een nieuwe cockpit
Het publiek stemde uiteindelijk logischerwijze massaal voor het gebruik van digitale systemen als ondersteuning bij de dialoog met de patiënt (en de arts). Maar dan wel liefst met nieuwe en betere systemen. Zowat alle huidige computerprogramma’s en databanken in de farmacie zijn nog gebouwd op concepten van dertig jaar gelden, waarbij terugbetaling en afleverregistratie centraal stonden.

Vandaag hebben we nood aan systemen, gebouwd rond de patiënt en de nodige zorg. Patiëntendossiers moeten multidisciplinair bruikbaar en deelbaar zijn. Wetenschap moet voorgekauwd en intelligent aangebracht worden. Gebruiksvriendelijkheid en intuïtieve interfaces moeten de norm worden.

Net zoals in een vliegtuig de piloot uiteindelijk beslist, moet de zorgverstrekker de finale keuze kunnen maken. Maar dan wel met voor zich een medisch- en farmaceutische ‘cockpit met wijzerplaten en indicatoren’ die hem de weg wijzen en helpen om fouten te vermijden.

Informatie over levenskwaliteit
Patiënten moeten meer betrokken worden bij hun behandeling en het aanbod op vlak van informatie kan veel beter. Tijdens dit FIP congres was stem van de patiënt duidelijk te horen. Dat leidde tot zeer boeiende sessies en nieuwe inzichten.

Vandaag komt het gros van de praktische informatie over nieuwe medicatie uit de bijsluiter, dus vooral op maat van wat nodig is voor de registratie. Veiligheid en juridische verantwoordelijkheden zijn daarbij de belangrijkste ‘drivers’.

Patiënten kijken heel anders naar hun geneesmiddelen: zij zijn vooral benieuwd naar de impact die de behandeling op hun levenskwaliteit zal hebben. Nuttige en verteerbare informatie over positieve en negatieve effecten zijn uiterst belangrijk wanneer ze (zelf) beslissen of ze een behandeling al dan niet gaan gebruiken.

Motivatie tot goed gebruik en ‘adherence’ blijft de grootste uitdaging van dit decennium. Een interessante studie toonde bijvoorbeeld aan hoe ouders omgaan met de ADHD medicatie van hun kinderen en waarom ze die behandelingen heel vaak onderbreken tijdens de vakantieperiodes. In een andere sessie werd getoond hoe men kan inspelen op de menselijke waarden die (individuele) patiënten belangrijk vinden als bron van motivatie voor therapietrouw en gezondere levenswijze.

Dirk BROECKX – 7 september 2013


‹‹Back






Copyright © 2024 Dirk Broeckx – All rights reserved.
Privacy beleid | Sitemap
Webontwikkeling Siteffect