Home What do we offer ? Contact Video

TRAININGS

21/12/2011 - Boekbespreking: Where Good Ideas Come From -- Steven Johnson

Zit er een systeem achter het vinden van vernieuwende concepten? Wat kan je doen en waar moet je gaan zoeken om vernieuwende oplossingen te vinden? Steven Johnson brengt zeven zeer concrete patronen aan het licht, aan de hand van verhalen over het tot stand komen van wetenschappelijke en technologische doorbraken.

Darwin en de ongebreidelde innovatie van het rif
In 1836 waadt Charles Darwin vanop het strand van een atol in de Stille Oceaan naar het rif, waarop de oceaangolven breken. Rond zijn voeten is er een overvloed van vissen, schaaldieren, waterplanten… Een ongebreidelde diversiteit. Achter hem ligt het eiland, waar er haast geen fauna of flora te bespeuren valt. Hij vraagt zich af waarom er op het rif zo’n overvloed en diversiteit bestaat, terwijl er op het land nauwelijks leven is? Wat veroorzaakt de enorme creativiteit en de diversiteit aan soorten van leven in het water aan zijn voeten? En waarom is het atol überhaupt ontstaan, zomaar in midden van de oceaan?
De oplossing op al die vragen loopt als een rode draad doorheen het boek.

 

Darwin heeft immers elk van de zeven patronen van innovatie gebruikt om zijn wetenschappelijke doorbraken te ontdekken. En er is nog een tweede parallel tussen innovatie en Darwin: het vinden van innovatie volgt in grote mate de wetten van de evolutieleer

1. The adjacent possible
‘De naastliggende mogelijkheid’. Zoek het niet te ver. Sterk innoverende ideeën zijn hun tijd soms te ver vooruit. Ze kunnen praktisch of technologisch nog niet gerealiseerd worden en vallen dus (voorlopig) plat. Om te innoveren moet

je uiteraard je onmiddellijke, voor de hand liggende en vertrouwde omgeving los durven laten en ‘out of the box’ denken. Maar begin dat proces eens ‘in de kamer ernaast’, met iets nieuws en onverwacht, maar dat wel ‘mogelijk’ of plausibel is.

2. Liquid Networks
‘Vloeibare netwerken’. Ideeën zijn als netwerken. Ze komen nooit alleen en elk nieuw inzicht bouwt voort op andere innovaties of creatieve ideeën.
De vernieuwingen in de cultuur en architectuur die de renaissance produceerde, zouden niet mogelijk zijn geweest zonder de gelijktijdige explosieve groei van de handel in die periode (denk aan Venetië, Brugge…). Dat was op zijn beurt afhankelijk van de uitvinding van de dubbele boekhouding. Die maakte het voor handelaars mogelijk om in één systeem een overzicht te houden van waar hun geld en rijkdom vandaan kwam en aan wie of wat het werd besteed.
Innovatie in één sector hangt dus meestal af van parallelle vernieuwingen in een andere. Zet dus mensen met verschillende ideeën, uit diverse sectoren, bij elkaar en laat ze vrij met elkaar praten over hun problemen en over de innovaties waarmee ze bezig zijn. Een dergelijke kruisbestuiving kan georganiseerd worden. ‘Gestructureerde’ koffiepauzes of de architectuur van een gebouw of kantoor bevorderen de nodige uitwisselingen.

 
De CO2 scrubbers van Apollo 13
Onder scherpe tijdsdruk moest een ploeg ingenieurs een oplossing vinden om de CO2 uit de lucht in Apollo 13 te halen, toen een deel van de commandomodule op weg naar de maan ontplofte (‘Houston we have a problem’). De nodige (vierkante) CO2-filters waren aanwezig, maar ze pasten niet in de ronde gaten van de scrubbers van de LEM. De ‘think tank’ in Houston kreeg letterlijk de stapel met de ‘naastliggende mogelijkheid’ op hun werktafel. Dat was precies al het losse materiaal waarover de astronauten in hun capsule nog beschikten. De opdracht was duidelijk: ‘Zorg dat je met dit materiaal een oplossing vindt om de vierkante patronen toch te gebruiken met het ronde gat van de LEM scrubbers’. Ze slaagden er tijdig in. Hun creativiteit ging noodgedwongen helemaal ‘out of the box’ maar werd meteen beperkt tot wat beschikbaar en mogelijk was.
Johnson presenteert nog andere krachtige verhalen om ‘de naastliggende mogelijkheid’ bij innovatie te illustreren: Timothy Prestero ontwierp een couveuse voor derdewereldlanden. Alle mechanische onderdelen komen uit Toyota wagens, want die zijn – in tegenstelling met onderdelen van een gewone couveuses – ter plaatse vlot beschikbaar in geval van panne.

Building 99 van Microsoft is legendarisch voor de innovaties die eruit kwamen. Mensen uit alle mogelijke diverse disciplines werkten er in een open omgeving naast en met elkaar. Men fluisterde soms dat het gebouw opgetrokken was rond de koffiezetapparaten en de sapcentrifuges. De ‘watering holes’, waar alle bewoners met elkaar praatten.
Bij Google moeten werknemers 20% van hun (betaalde) tijd spenderen aan eigen projecten. De keuze is vrij en ze hoeven geen enkel rechtstreeks verband te hebben met hun eigen werk. De bedoeling is een creatieve stroom van nieuwe ideeën te genereren, die door het hele bedrijf herbruikt kunnen worden. Want uiteraard worden de medewerkers aangemoedigd om onder elkaar ook over die projecten te praten, zodat ze elkaar creatief blijven inspireren.

3. The Slow Hunch
‘Het trage vermoeden’. Innovatie valt niet zomaar uit de lucht. Een nieuw concept rijpt meestal langzaam en dat proces kan jaren duren. Je voelt wel dat er iets is en je blijft zoeken, maar het duurt soms lang voor het ontbrekend stukje van de puzzel op zijn plaats valt of vooraleer de link tussen losstaande ideeën gelegd wordt.
Vroeger gebruikten veel creatieve geesten hun dagboek of notitieschriftjes om al hun dagelijkse ideeën te noteren. Er regelmatig eens door bladeren, leverde menig doorbraakmoment op.

Met moderne zoekrobotten, zoals die van Google, kan de link tussen losse ideeën (die circuleren in een ‘vloeibaar netwerk’) vlotter worden gelegd. Maar opdat ‘het trage vermoeden’ zou kunnen werken, moet je dus wel alle losse ideeën verzamelen en er in kunnen zoeken.

4. Serendipity
‘Willekeurige samenloop’. Innovatie spruit ook voort uit toevallige combinaties. Klonen is reproductie zonder seks: je maakt alleen kopieën van het origineel. Bij seksuele voortplanting worden genen gekruist, waardoor evolutie en verbetering mogelijk wordt. Seks is dus om meer dan één reden prettig.

 
Had 9/11 voorkomen kunnen worden?
In de nasleep van 9/11 bleken er verschillende FBI memo’s te bestaan die – elk apart – een vermoeden bevatten over een mogelijke terroristische aanslag met vliegtuigen. In een eerste werd gewezen op een verdacht patroon van visa aanvragen en contante betalingen van aanzienlijke bedragen voor het volgen van een opleiding vliegbrevet. In een tweede memo meldde men dat een buitenlander een vluchtsimulator herhaaldelijk had gebruikt om te doen alsof hij in een wolkenkrabber crashte. De link tussen beide ‘trage vermoedens’ werd spijtig genoeg niet snel genoeg gelegd, anders zou 11 september 2001 een dag als een ander zijn geweest.

Eerlijk gezegd betrap ik mezelf er vaak op dat ik afwijk van mijn oorspronkelijk doel wanneer ik iets opzoek via Google. Het is de snelste weg naar dat wat je precies zoekt, maar je wordt onderweg geconfronteerd met een zee van andere dingen, die je gedachten snel doen afwijken, in een totaal andere, onverwachte richting.
Zo vind ik vaak op het web (dat overigens ook bij uitstek een ‘liquid network’ is) heel toevallig (‘serendipity’, nietwaar) in de buurt van mijn oorspronkelijke vraag een oplossing (inderdaad: de ‘adjacent possible’) voor een ander probleem waarmee ik al een tijdje worstel (de ‘slow hunch’). Alle patronen die innovatie ondersteunen zijn onderling inderdaad nauw verweven, zo blijkt al snel bij het lezen van het boek.
(By the way, als je eindelijk wil weten waar het enigmatische woord ‘serendipity’ vandaan komt: lees in het boek het verhaal van de drie Prinsessen van Serendip!)

5. Error
‘Fouten’. Fouten leiden tot nieuwe inzichten. Toevalligheid en fouten wonen in elkaars buurt, maar ze werken wel anders. Menig experiment faalde miserabel omdat men bij het opstellen of uitvoeren ervan iets fout deed. Precies daardoor ontdekte men een heel ander, onverwacht fenomeen. Twee astronomen, Arno Penzias en Robert Wilson, dachten lange tijd dat hun radiotelescoop slecht afgesteld was, omdat ze steeds achtergrondruis zagen. Tot ze, door een toevallig gesprek met een nucleaire fysicus, tot de vaststelling kwamen dat ze echo van de big bang in beeld hadden gebracht. Dat was een enorme doorbraak in de astronomie.
Fouten in het transcoderen van DNA leiden tot afwijkingen en kanker, maar ze zijn ook de bron van elke evolutie en ‘verbetering’ van levende wezens.
‘Fouten maken’ is dus in feite niet erg, als je er maar uit leert en open staat voor de nieuwe inzichten die ze kunnen bijbrengen.

6. Exaptation
‘Creatief nuttig hergebruik’. Innovatie is ook het creatief hergebruiken van concepten uit andere sectoren. In feite is ‘exaptation’ een term uit de evolutieleer, waarbij een fysisch kenmerk voor totaal andere doeleinden nuttig blijkt. Zoals de eerste veren (die dinosaurussen waarschijnlijk ontwikkelden als warmte-isolatie), die plots uitstekend bleken te helpen om een eind verder te kunnen zweven, wanneer je ergens af moest springen. Wat leidde tot vogels en vliegen.
De meeste grote uitvinders hebben overigens uitzonderlijk veel hobby’s. Dat helpt hen om creatief en ‘lateraal’ te denken en de mosterd voor hun werkdomein elders te halen. Ze moeten daardoor niet speciaal ‘out of the box’ denken; ze kunnen gewoon doorheen veel verschillende ‘boxen’ zoeken naar gepaste oplossingen.
Je hoeft niet noodzakelijk een ‘uomo universalis’ te zijn (zoals Michelangelo of Leonardo Da Vinci), maar het helpt!

7. Platforms
‘Platform’. Terug naar Darwin, op het rif, met de voeten in het water. Daar vinden we meten ook de verklaring van waarschijnlijk het sterkst ondersteunend patroon voor innovatie.

Het zal nog jaren duren voor alles helder genoeg is in zijn geest om gepubliceerd te worden, maar daar op dat atol krijgt Darwin een vermoeden dat het ontstaan van het atol en de creativiteit en innovatie van het maritieme leven op het rif verklaart. Dat laatste blijkt immers geen dode vulkaan te zijn maar een levend wezen (zie ‘Scleractinia’).
Steven Johnson trekt een sterk parallel tussen het koraalrif en steden. Die zijn voor onze menselijke creativiteit een cruciaal platform waar beroepen en culturen in symbiose met elkaar leven. Het product van de ene is ook hier de grondstof voor de andere. Ideeën worden uitgewisseld en de stad vormt daardoor een voedingsbodem die nieuwe ideeën en innovatie stimuleert.

Het vierde kwadrant
Dit boek is aanbevolen lectuur voor wie makkelijk creatief kan denken, want je herkent inderdaad de omstandigheden die je zelf meestal helpen om ‘out of the box’ de efficiënte creativiteit te ontwikkelen. En voor wie zich soms geblokkeerd voelt of incapabel om vernieuwende ideeën boven te halen, helpt dit boek je op weg om ze te vinden.
Er zit een pak gedegen wetenschappelijk onderzoek achter. De auteur en zijn medewerkers brachten een haast eindeloze reeks wetenschappelijke en technologische innovaties in kaart en onderzochten welke invloeden een rol speelden bij hun ontdekking. Zo ontdekken ze in het laatste hoofdstuk van het boek dat er een ‘vierde kwadrant’ bestaat:

 
Scleractinia
Op een tektonische breuk ontstaan vulkanen. Wanneer ze uitgedoofd zijn, eroderen ze en zakken ook langzaam terug weg onder de zeespiegel. Op de rand van de gezonken vulkaan begint zich, in de voedselrijke bovenlaag van de oceaan, een ring van koraal te vormen. Want een rif dat een atol vormt is in feite het grootste levend wezen dat bestaat. Het is opgebouwd uit de verkalkte overblijfselen van ontelbare generaties van Scleractinia, een minuscule poliep die leeft van microscopische algen.
Naarmate de oude vulkaan verder weg zakt, groeien nieuwe generaties Scleractinia tot precies onder de waterspiegel, om na hun dood, verkalkt, een sterke basis te vormen voor de volgende generaties. Zo vormen ze een perfect platform waarop allerlei maritiem leven kan gedijen.
Net onder de zeespiegel kunnen alle soorten naar hartenlust experimenteren en ongebreideld evolueren. Ze leven in symbiose, waarbij de afvalstoffen van de ene, de bouwstenen vormen voor de anderen.
Boven de waterspiegel daarentegen is de fauna en flora op de meeste atollen zeer beperkt. In tegenstelling met het maritiem leven dat vrij kan bewegen doorheen de hele oceaan, leeft alles op het land letterlijk op een eiland, geïsoleerd van de rest van de wereld. Dat beperkt de diversiteit, tenzij er voldoende nieuw leven ‘aanspoelt’, zoals dat op de Galapagos gebeurde.
  Een uitvinding of baanbrekende innovatie kan individueel of door een netwerk van meerdere wetenschappers geconcipieerd zijn. Het kan met een duidelijk winstoogmerk op de markt zijn gebracht, of eerder met een ‘non-market’ doel (niet zuiver lucratief). Die twee ‘assen’ vormen vier kwadranten. Deel je alle historische belangrijke innovaties volgens deze vier hoeken in, dan stelt men vast dat het vierde kwadrant (networked, non-market) veruit de meeste en belangrijkste innovaties heeft opgeleverd.

Dat is meteen de laatste les die het boek ons leert over innovatie: werk niet alleen en wees niet egoïstisch, maar laat ideeën liever groeien in een netwerk, met alle competenties en diversiteit die het biedt. Denk ook aan het rif van Darwin, dat bij uitstek als een ‘non-market’ model werkt, waardoor het ongebreidelde innovatie kan produceren.


Voor deze afsluiter van 2011 – de tweede volledige jaarcyclus van ‘de7de’ – reserveerde ik dit boeiend boek, dat inzichten biedt in creativiteit en innovatie.
Dit jaar produceerde ik met enthousiasme andermaal 36 bijdragen (de teller staat sinds 2009 op ruim 75). Wat ik lees en leer, deel ik graag met anderen. Deze boekbespreking is mijn speciaal Kerstgeschenk voor alle trouwe lezers van 'de7de'..
Mag ik daarbij één Nieuwjaarswens uitspreken? Ik zou er nog meer plezier aan beleven, indien de lezers iets guller zouden zijn met hun reacties; om ze te delen met alle andere lezers op deze site. 
Gebruik de rode knop "Reageer", bovenaan rechts elke pagina.

Dirk Broeckx -- 21 december 2011

 

   REACTIES  

"Dat moet een schitterend boek zijn , en ik heb een schitterende bespreking gelezen.
Zit er een systeem achter vernieuwende concepten???Jazeker, maar volgens mij ook een niet-systemische, namelijk een gedrevenheid , of "gedreven zijn".
Ik vraag me af hoe pakweg een Leonardo Da Vinci de wereld zou veranderd hebben , indien hij met zijn "gedrevenheid" over het internet had kunnen beschikken;
Dank voor de 7de., en met mijn allerbeste wensen voor een 2012 vol gedreven toekomstdromen." (R.C.)

Deze vond ik ook een hele mooie afsluiter van een prachtig 2011! Verder wens ik jou op mijn beurt een jaar vol bruisende en verassende ideeën! (R.H.)

 


‹‹‹Back






Copyright © 2024 Dirk Broeckx – All rights reserved.
Privacy beleid | Sitemap
Webontwikkeling Siteffect